Snelheidsduivel met een vennootschap: the postman sometimes rings twice.
De hardwerkende zelfstandige gunt zichzelf wel eens een cadeautje in de vorm van een sportwagen. Wie over een vennootschap beschikt, zal er doorgaans voor opteren om hiervan een professionele aankoop te maken. De wagen inschrijven op de zaak, de BTW in mindering brengen en klaar is kees. Putting the pedal to the metal kan de ondernemer echter zuur opbreken wanneer hij op administratief vlak minder snel is. De Wegverkeerswet voorziet namelijk ook een identificatieverplichting voor alle rechtspersonen.
Van een vaak onzinnige zoektocht naar een verplichting voor de rechtspersoon zelf
Oorspronkelijke regeling
Toen de dieren nog spraken bestond er geen bijzondere regeling voor verkeersinbreuken begaan door niet ter plekke aangetroffen personen met een voertuig waarvan de kentekenplaat op een vennootschap geregistreerd stond. De politiediensten zouden dus wel bij de vennootschap aankloppen maar zonder vrijwillige medewerking van het bestuursorgaan zou dit vaak tot niks leiden. Het bestuursorgaan was niet verplicht om de schuldige aan te duiden. Dit kwam in se erop neer dat nog harder rijden om zo aan de politiediensten te onstnappen geen dwaze overweging was.
Verplichting voor de vertegenwoordigingsbevoegde natuurlijke persoon
In 1996 kwam aan deze wild wild west toestanden een einde met de invoering van artikel 67bis en 67ter in de Wegverkeerswet. Zodra de kentekenplaat staat ingeschreven op naam van een rechtspersoon, dient de rechtspersoon vertegenwoordigende natuurlijke persoon de identiteit van de bestuurder of van de persoon die het voertuig dan onder zich had kenbaar te maken. Wie dat niet doet, is strafbaar louter omwille van het niet voldoen aan deze identificatieverplichting.
De bestuurder van een vennootschap duidt dus iemand aan, maar wat als deze evenmin de bestuurder blijkt te zijn? Simpel: dan moet deze laatste opnieuw een andere persoon als bestuurder aanduiden. Zo kon het Parket van de Procureur des Konings wel een paar keer moeten dagvaarden alvorens de juiste persoon voor zich te hebben. Met wat geluk leidde dit kat-en-muis spel tot de verjaring van de vordering tout court.
Verplichting uitgebreid tot de vennootschap zelf
In de jaren die daarop volgden zag echter een nieuw concept in het strafrecht het daglicht: de strafrechtelijke aansprakelijkheid van een vennootschap. Gelet op deze (r)evolutie kon ook de Wegverkeerswet niet achterblijven met een wetswijziging in 2018 tot gevolg.
Sedertdien is ook de vennootschap zelf verplicht om de bestuurder te identificeren. Bij gebreke hieraan maakt de vennootschap zelf zich schuldig aan een misdrijf. Het Parket kan voortaan, wanneer de bestuurder is weten te ontkomen, zowel de leden van het bestuursorgaan als de vennootschap zelf dagvaarden. Bovendien volstaat het voor de vennootschap niet om enkel een Chinese vrijwilliger of werknemer te slachtofferen. De wet voorziet nu dat het om de ‘onmiskenbare bestuurder’ moet gaan. De vennootschap zal dus niet eender wie kunnen aanduiden om haar straf te ontlopen.
Indien de bestuurder van de wagen niet de bestuurder maar een werknemer van de vennootschap is, kan een inschrijving van de werknemer als ‘gebruikelijke bestuurder’ in de Kruispuntbank Voertuigen soelaas bieden. In dat geval zal namelijk vermoed worden dat de als gebruikelijke bestuurder geregistreerde persoon ook daadwerkelijk bestuurder was. De betrokken werknemer moet dan zelf maar een andere bestuurder aanduiden wanneer dit niet het geval was.
Het gevaar van de vergetelheid
Voormelde registratie als gebruikelijke bestuurder is voor de vennootschap evident vooral wanneer het om werknemers gaat. Wanneer de bestuurder van de vennootschap zelf echter aan het stuur zat, kan too fast snel tot too furious leiden.
Louter hypothetisch. De bestuurder heeft van het bouwverlof gebruik gemaakt om zijn nieuwe racepaard aan het Belgische asfalt te laten wennen. Hij wordt met het voertuig op naam van de vennootschap geflitst. Wat later valt in de vennootschapsbrievenbus een uitnodiging tot minnelijke schikking. Tijdens deze vakantie is het bureau onbemand. Ook na de vakantie raakt deze uitnodiging ondergesneeuwd op het bureau van een reeds overwerkte bediende. Klinkt dit scenario minder hypothetisch dan gewenst?
Gevolg: zowel de vennootschap als de bestuurder in kwestie zullen een iets minder fijne uitnodiging, dagvaarding genaamd, ontvangen. De bestuurder – helemaal bekoeld van zijn zomertrip – meldt zich op de gevraagde datum aan om (na vaak uren wachten) tot verantwoording te worden geroepen door dé Politierechter himself. Hij heeft zich misschien voorgenomen zijn verlies waardig te dragen: wie zijn g*t verbandt, …
De wraak van onze hoeders van de wet zal echter dubbel zo zoet wanneer de tot inkeer gekomen bestuurder braafjes verschijnt voornemens om de boete te betalen. Hij zal namelijk niet enkel gestraft worden voor zijn losbandig zomers gedrag. Ook de vennootschap zal in de buidel moeten tasten wegens een nog ander misdrijf. Het niet voldoen aan de identificatieverplichting.
Conclusie: Drive safe & save!
Het eerste uitgangspunt moet nog steeds zijn: vermijd verkeersinbreuken zowel voor uzelf als voor de andere weggebruikers. Een tripje naar Zolder of Francorchamps is overigens een leuk alternatief. Wie het echter niet kan laten om de grenzen van de op de openbare weg geldende snelheidsbeperkingen op te zoeken, kan maar beter zijn zaken op orde hebben. Het niet identificeren van uzelf als bestuurder van zowel de vennootschap als van het voertuig kan tot dubbele bestraffing leiden.
Contacteer ons gerust voor meer informatie over dit onderwerp of assistentie bij de registratie van de gebruikers van het wagens op naam van de vennootschap.
Volg aternio op LinkedIn voor meer finance, tax & legal nieuws.