NV met twee bestuurders: is dat nog wel ok?
Het Wetboek van vennootschappen en verenigingen voorziet in drie ‘nieuwe’ bestuursmodellen voor de naamloze vennootschap. Meer flexibiliteit als groot uitgangspunt van de wetgever. Het blijft echter opletten voor vennootschappen met minder dan drie aandeelhouders die hun klassieke raad van bestuur behouden hebben. De overgangsbepalingen voor het WVV durven wel eens roet in het eten te gooien.
De raad van bestuur als klassieker onder de bestuursmodellen
Vandaag kent het WVV drie bestuursmodellen voor de naamloze vennootschap:
- de enige bestuurder: één natuurlijke of rechtspersoon bestuurt de vennootschap onafgezien het aantal aandeelhouders;
- het duaal bestuursmodel: een raad van toezicht en een directieraad met elk afzonderlijk afgebakende bevoegdheden;
- het monistisch bestuursmodel: de klassieke raad van bestuur zoals deze ook onder het oude Wetboek van vennootschappen bestond.
Voor wie geen van de ‘nieuwe’ bestuursmodellen in de smaak valt, verandert er op het eerste zich niks bijzonders. De raad van bestuur van een NV kan onder het nieuwe Wetboek perfect verder bestaan.
“De vennootschap wordt bestuurd door een collegiaal bestuursorgaan, raad van bestuur genoemd, dat minstens drie bestuurders telt, die natuurlijke of rechtspersonen zijn.”
Het bestuursorgaan van een NV zal vaak omwille hiervan niet als eerste in de rij staan voor een statutenwijziging.
De raad van bestuur bestaande uit twee leden
Het venijn zit hem echter in de staart. Dezelfde wetsbepaling voorziet namelijk in een uitzondering: Indien en zolang de vennootschap minder dan drie aandeelhouders heeft, mag de raad van bestuur bestaan uit twee bestuurders.
Ook hier lijkt de wetgever de eerder bestaande flexibiliteit te behouden. Indien de NV eenhoofdig is (nu perfect mogelijk) of twee aandeelhouders telt, hoeft men geen vreemde eend in de bijt te zoeken om de derde zetel te bezetten.
Sommige naamloze vennootschappen zullen deze wettelijke uitzondering destijds ook letterlijk hebben overgenomen in hun statuten. Wat indien dit niet het geval is?
Onder het oude Wetboek van vennootschappen kon u bij het wegvallen van een aandeelhouder-bestuurder doorgaans nog perfect verder met twee bestuurders. Vandaag bestaat echter het risico dat u – zonder statutenwijziging – met een onregelmatig samengesteld bestuursorgaan achterblijft.
Overgangsbepalingen
De overgangsbepalingen voorzien in de toepassing van de dwingende bepalingen van het WVV vanaf 1 januari 2020 of eerder in geval van opt-in.
Statutaire bepalingen die in strijd zijn met deze dwingende bepalingen worden voor niet geschreven gehouden. De aanvullende bepalingen worden slechts van toepassing in zoverre zij niet door statutaire clausules worden uitgesloten.
Kortweg moet het bestuursorgaan steeds controleren of de statuten niet in een strengere bepaling dan het WVV voorzien.
Conflict statuten en wettelijke uitzonderingsregeling
De wettelijke uitzondering die een raad van bestuur bestaande uit twee leden toelaat is in principe automatisch van kracht geworden.
Vaak zullen nog niet aangepaste statuten echter zondermeer voorzien dat de vennootschap wordt bestuurd door een collegiaal bestuursorgaan bestaande uit minstens drie leden.
Wanneer destijds geen uitzondering in de statuten werd overgenomen, is dergelijke bepaling dus strenger dan het WVV.
Het WVV laat naargelang het aandeelhouderschap namelijk wel een raad van bestuur met twee leden toe. Dit evenwel enkel in zoverre de statuten geen strengere bepalingen bevatten. Simpelweg stellen dat de raad van bestuur steeds uit drie leden moet bestaan, vormt aldus een afwijking die strenger is dan de wet. De statutaire regel van drie bestuurders heeft desgevallend voorrang op de wettelijk uitzonderingsregel die twee bestuurders mogelijk maakt.
Indien de vennootschap dus al jaren uit twee aandeelhouders en twee bestuurders bestaat en de statuten hetzij nog niet zijn aangepast aan het WVV, hetzij op dat vlak geen uitzondering voorzien, is het bestuursorgaan van deze vennootschap momenteel sensu strico ongeldig samengesteld.
Het hoeft geen betoog dat beslissingen genomen door een onregelmatig samengesteld bestuursorgaan in geval van conflict relatief eenvoudig betwistbaar zullen zijn. Dergelijke beslissing kan namelijk nietig zijn wegens enige onregelmatigheid in de wijze waarop een besluit tot stand komt.
Conclusie
Bestuursorganen van een NV kunnen ingevolge de inwerkingtreding van het WVV potentieel niet langer geldig zijn samengesteld. Hoewel er ogenschijnlijk weinig is veranderd voor de NV, doen de bestuurders er goed aan om de statuten snel up to date te brengen.
Contacteer aternio gerust voor een check en begeleiding bij de wijziging van uw statuten.
Volg aternio op LinkedIn voor meer finance, tax & legal nieuws.