Misbruik van meerderheid: tijd voor actie!
Meerderheidsaandeelhouders hebben de macht om beslissingen te nemen die in hun eigen belang zijn, maar nadelig zijn voor minderheidsaandeelhouders en/of het algemene vennootschapsbelang. In deze blogpost bespreken we hoe de wetgeving bescherming biedt tegen dergelijk machtsmisbruik. Daarnaast bekijken we de tools en strategieën die minderheidsaandeelhouders kunnen gebruiken om hun positie binnen de vennootschap te versterken.
Misbruik van meerderheid in de algemene vergadering
Een besluit van een vennootschapsorgaan kan nietig worden verklaard als een minderheidsaandeelhouder kan aantonen dat de meerderheidsaandeelhouder zijn macht misbruikt heeft. Bijvoorbeeld, wanneer een meerderheidsaandeelhouder dreigt de bestuurder te ontslaan als er geen asymmetrisch dividend wordt uitgekeerd. Ook besluiten die op onregelmatige wijze tot stand komen, kunnen nietig zijn als blijkt dat de onregelmatigheid de stemming of beraadslaging heeft beïnvloed of met bedrieglijk opzet is gepleegd.
Nietig verklaarde beslissingen worden geacht nooit te hebben bestaan. Echter, nietigverklaring alleen biedt vaak onvoldoende bescherming voor minderheidsaandeelhouders. Er zijn aanvullende actiemiddelen beschikbaar die minderheidsaandeelhouders kunnen benutten om hun positie binnen de vennootschap te versterken.
Benoeming bestuurder ad hoc, voorlopig bewindvoerder of deskundige
Indien er aanwijzingen zouden zijn dat de belangen van de vennootschap op ernstige wijze in gevaar (dreigen te) komen kan de voorzitter van de ondernemingsrechtbank in kortgeding verzocht worden om een bestuurder ad hoc aan te stellen met een specifiek omlijnde opdracht. Te denken valt aan de situatie waarbij de vrees bestaat dat bijvoorbeeld een belangrijk onroerend goed wordt verkocht tegen voorwaarden die het belang van de vennootschap niet dienen. De bestuurder ad hoc kan worden aangesteld om een bepaalde beslissing te nemen zoals het opstellen van de jaarrekening, een verrichting te begeleiden of de volledige functie van de bestuurder over te nemen.
Als minderheidsaandeelhouder kun je de voorzitter van de ondernemingsrechtbank ook vragen om een voorlopig bewindvoerder aan te stellen als je vreest dat het bestuur richting faillissement stuurt. Volgens artikel XX.32 van het Wetboek economisch recht (WER) kan de voorzitter dit doen wanneer er voldoende aanwijzingen zijn dat de voorwaarden voor faillissement vervuld zijn. De voorzitter kan de onderneming dan geheel of gedeeltelijk het beheer van haar activa of activiteiten ontnemen, op verzoek van een belanghebbende of ambtshalve. De benoeming van een voorlopig bewindvoerder heeft verregaande gevolgen voor de vennootschap. Zij voeren het bestuur van de onderneming en worden vertrouwd met de boekhouding. Hun concrete bevoegdheid wordt bepaald door de voorzitter van de ondernemingsrechtbank.
Daarnaast kunnen minderheidsaandeelhouders die minstens 10% van de aandelen bezitten, de voorzitter van de ondernemingsrechtbank verzoeken om een deskundige aan te stellen als er ernstige aanwijzingen zijn dat de belangen van de vennootschap in gevaar zijn. Deze deskundige kan dan de boeken, rekeningen en verrichtingen van de vennootschap controleren.
Minderheidsvordering tegen het bestuur
Tijdens de algemene vergadering wordt niet alleen de jaarrekening goedgekeurd, maar ook besloten over de kwijting van de bestuurders voor hun gevoerde mandaat. Als de meerderheidsaandeelhouder tevens bestuurder is, kan dit tot onrechtvaardige situaties leiden. Hier biedt de minderheidsvordering uitkomst.
Minderheidsaandeelhouders kunnen namens de vennootschap een vordering instellen tegen de leden van het bestuursorgaan. Hiervoor moeten zij op de dag van de algemene vergadering ten minste 10% van de aandelen bezitten en de kwijting niet hebben goedgekeurd.
Belangrijk om te weten: deze vordering wordt ingesteld door de minderheidsaandeelhouders maar in naam van de vennootschap. Eventuele opbrengsten vloeien dus terug in het vennootschapsvermogen. Als de vordering wordt afgewezen, kunnen de eisers echter persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor de kosten. Wordt de vordering toegewezen, dan vergoedt de vennootschap de voorgeschoten bedragen van de eisers die niet zijn inbegrepen in de kosten waarvoor de verweerders zijn veroordeeld.
Geschillenregeling: uitsluiting en uittreding
Wordt een conflict extreem op de spits gedreven, dan voorziet het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV) een geschillenregeling waarbij een aandeelhouder kan uittreden of wordt uitgesloten uit de vennootschap.
Aandeelhouders die alleen of samen 30% van de aandelen van de vennootschap bezitten kunnen om gegronde redenen een vordering tot uitsluiting instellen die ertoe strekt een aandeelhouder te verplichten zijn aandelen over te dragen. Conform de rechtspraak moeten deze gegronde redenen moeten een schending van het vennootschapsbelang omvatten. Er zijn drie uitsluitingsgronden te onderscheiden:
- een bestuurder of aandeelhouder begaat een wanprestatie waardoor het vennootschapsbelang ernstig en onherstelbaar wordt geschaad;
- een aandeelhouder is verhinderd, bijvoorbeeld door ziekte;
- er is een ernstige en blijvende onenigheid tussen de aandeelhouders. Er is sprake van een duurzame en definitieve ontwrichting van hun verstandhouding in zulke mate dat ze niet meer in staat zijn om samen te werken en het doel van de vennootschap niet langer meer kunnen dienen.
Bij een vordering tot uittreding kan een aandeelhouder om gegronde redenen in rechte vorderen dat zijn aandelen worden overgenomen door de aandeelhouders op wie deze gegronde redenen betrekking hebben. Deze vordering kan door elke aandeelhouder worden ingesteld ongeacht het aantal aandelen dat hij bezit. In tegenstelling tot uitsluiting worden bij uittreding de gegronde redenen vanuit het belang van de betrokken aandeelhouder ingevuld. Misbruik van meerderheid is bijvoorbeeld een geldige reden om uittreding te vorderen.
Informatie
Naast bovenstaande actiemiddelen, heeft de minderheidsaandeelhouder tevens de beschikking over enkele tools om de vinger aan de pols te houden rond het welvaren van de vennootschap. Iedere aandeelhouder heeft namelijk een onderzoeks- en controlebevoegdheid. Als minderheidsaandeelhouder heeft u dus steeds het recht bepaalde relevante informatie op te vragen en in te zien.
Ziet u als aandeelhouder een onregelmatigheid, dan kunt u het bestuur verzoeken een algemene vergadering bijeen te roepen. Het bestuur moet binnen drie weken een algemene vergadering organiseren wanneer aandeelhouders die 10% van de uitgegeven aandelen vertegenwoordigen daarom vragen, met de door hen voorgestelde agendapunten.
Tijdens de algemene vergadering hebben aandeelhouders bovendien een vraagrecht. Zij kunnen tijdens of voorafgaand aan de vergadering, schriftelijk of mondeling, vragen stellen die verband houden met de agendapunten.
Conclusie
Misbruik van meerderheid in een vennootschap kan aanzienlijke schade toebrengen aan de belangen van minderheidsaandeelhouders en het vennootschapsbelang. Gelukkig biedt het WVV diverse actiemiddelen die minderheidsaandeelhouders kunnen benutten om zich te beschermen en hun positie te versterken.
Hoewel deze middelen wellicht ingrijpend lijken, kunnen ze op een strategische wijze worden ingezet om de betrokken partijen opnieuw aan tafel te krijgen en duurzame oplossingen te bewerkstelligen. Dankzij de bepalingen in het WVV zijn minderheidsaandeelhouders minder machteloos dan aanvankelijk lijkt, wat hen in staat stelt een belangrijke rol te blijven spelen binnen de vennootschap.
Nood aan begeleiding bij een aandeelhoudersgeschil? De juristen van aternio legal weten raad.
Volg aternio op LinkedIn voor meer finance, tax & legal nieuws.