Mag fiscus computerbestanden zonder toestemming kopiëren ?
In twee vonnissen van 6 februari 2015 heeft de rechtbank te Leuven beslist dat de fiscus bij een fiscale controle inzake inkomstenbelastingen computerbestanden niet zonder toestemming van de belastingplichtige mag kopiëren. Met deze positieve uitspraken komt er eindelijk een kentering in de rechtspraak van de laatste jaren waarbij aan de fiscale administratie steeds meer onderzoeksbevoegdheden werden verleend.
In deze twee gelijkaardige zaken had de fiscus een kopie genomen van de computerbestanden die ter plaatse werden aangetroffen zonder dat de zaakvoerder van de vennootschap evenwel aanwezig was bij de visitatie. Volgens de belastingplichtige vormen de gekopieerde computerbestanden onrechtmatig verkregen bewijsmateriaal waarmee geen rekening mag worden gehouden.
De rechter oordeelde nu inderdaad dat art. 315bis WIB’92 uitdrukkelijk bepaalt dat énkel de belastingplichtige verplicht is om op zijn uitrusting én in het bijzijn van de ambtenaren kopies te maken.
Overeenkomstig art. 315bis WIB’92 is de belastingplichtige die een beroep doet op een computersysteem om de boeken en bescheiden op te stellen, toe te zenden of te bewaren, verplicht, op verzoek van de fiscus, ter plaatse, de dossiers met betrekking tot de analyses, de programma’s en het beheer van het gebruikte systeem, alsook de informatiedragers en alle gegevens die zij bevatten, ter inzage voor te leggen.
Dit sluit volgens de rechtbank uit dat de ambtenaren zonder de toestemming van de belastingplichtige zelf kopies zouden maken.
Evenmin biedt art. 319 WIB’92 (het zogenaamde fiscale visitatierecht) soelaas voor de fiscus. De fiscus was namelijk de mening toegedaan dat zij – in het kader van een fiscale visitatie – boeken en bescheiden die zij ter plaatse aantrof kon onderzoeken, zonder dat zij nog om de voorlegging ervan diende te verzoeken. Volgens de rechtbank bepaalt de tekst van art. 319 WIB’92 echter duidelijk dat ambtenaren slechts kunnen optreden met bijstand van de personen als vermeld in art. 315bis WIB’92.
De rechtbank gaat echter niet verder in op de problematiek van het actief visitatierecht. De rechtbank oordeelt wel dat ‘boeken en bescheiden’ niet kunnen worden gelijkgeschakeld met computerbestanden.
De rechtbank besluit dat wanneer de wetgever het nodig acht – gelet op de technologische evolutie – dat de ambtenaren in het kader van een visitatie, kopie moeten kunnen nemen van alle computerbestanden die zij in de beroepslokalen aantreffen zonder de toestemming van de belastingplichtige, de wetgever art. 319 WIB’92 dient aan te passen, zodat de tekst duidelijk is. Het is niet de taak van de rechter om aan de woorden ‘boeken en bescheiden’ een interpretatie te geven die hiermee duidelijk niet overeenstemt en computers gelijk te stemmen met ‘boeken en bescheiden’.
Het valt nog af te wachten of de Hoven van Beroep en het Hof van Cassatie deze rechtspraak zullen volgen.
Volg aternio op LinkedIn voor meer finance, tax & legal nieuws.