Kaaimantaks laat zijn tanden zien
Met ingang van 1 januari 2015 werd in België de zogenaamde kaaimantaks ingevoerd.
Deze belasting heeft tot doel de inkomsten van juridische constructies te belasten in hoofde van de natuurlijke of rechtspersonen die achter deze juridische constructies schuilgaan.
Deze belasting is er gekomen na de eerder opgelegde aangifteplicht in de personenbelasting van juridische constructies. Sinds het aanslagjaar 2014 moeten de oprichters en de begunstigden het bestaan van deze constructies melden in hun aangifte.
Fiscale transparantie
De kaaimantaks is een doorkijkbelasting waarbij de inkomsten belastbaar zijn in hoofde van de oprichter van de juridische constructie die een rijksinwoner is, alsof de oprichter ze rechtstreeks heeft verkregen. Er is m.a.w. sprake van een fiscale transparantie.
Indien evenwel wordt aangetoond dat de inkomsten die werden verkregen door de juridische constructie werden betaald of toegekend aan een derde begunstigde, betaalt de derde begunstigde die Belgisch rijksinwoner is (in plaats van de oprichter) de personenbelasting op de inkomsten van de juridische constructie.
Juridische constructies
Wat verstaat men nu onder die zogenaamde “juridische constructies”? Met juridische constructies worden private vermogensstructuren bedoeld die zich onderscheiden in twee verschillende types, namelijk deze mét en zonder rechtspersoonlijkheid.
- De juridische constructie van type 1 is elke rechtsverhouding zonder rechtspersoonlijkheid die door de rechtshandeling van een oprichter in het leven wordt geroepen, waarbij goederen (of rechten op die goederen) onder de macht van een beheerder worden gebracht om ze te besturen ten behoeve van een of meerdere begunstigden of voor een bepaald doel. Het betreft hier om buitenlandse trusts en fiduciaire verhoudingen.
- De juridische constructie van type 2 is elke vennootschap, vereniging, inrichting, instelling of entiteit met rechtspersoonlijkheid die in de Staat waar de constructie gevestigd is, vrijgesteld is van inkomstenbelasting of onderworpen is aan een inkomstenbelasting die minder bedraagt dan 15%. Het betreft hier om stichtingen, anstalts, company’s, foundations en limiteds.
Wat betreft type 2, vallen de juridische constructies gevestigd in de Europese Economische Ruimte (EER) in principe niet onder de kaaimantaks, tenzij de constructies uitdrukkelijk vermeld worden in een lijst vastgelegd bij KB.
Er werden 2 lijsten opgesteld met geviseerde rechtsvormen, vastgelegd in twee KB’s van 23 augustus 2015. De oude lijst uit het KB van 19 maart 2015 vervalt hiermee volledig.
Het eerste KB bevat een lijst met limitatief geviseerde rechtsvormen in de EER:
- Liechtensteinse Stiftung;
- Liechtensteinse Anstalt en
- Luxemburgse Société de gestion de Patrimoine Familiale (SPF).
In het tweede KB vinden we een niet-limitatieve lijst terug van 66 constructies van landen buiten de EER. Het betreft onder meer de Antiliaans SPF, Company of Foundation in Guersney. Rechtspersonen uit niet-EER landen met een laag belastingsregime (minder dan 15% belasting) die niet in de lijst voorkomen kunnen dus alsnog aan de kaaimantaks onderworpen zijn.
Belastbare inkomsten
Zoals gezegd, zullen de inkomsten onder de vorm van interesten en dividenden van een juridische constructie vanaf 1 januari 2015 rechtstreeks belast worden in hoofde van de Belgische natuurlijke persoon of rechtspersoon die achter de juridische constructie schuilgaat.
Vanaf 1 januari 2016 ondergaan de interesten en dividenden een belasting van 27% roerende voorheffing. T.e.m. het inkomstenjaar 2015 gold nog een tarief van 25% roerende voorheffing.
De kaaimantaks is enkel van toepassing in de personenbelasting en de rechtspersonenbelasting. De kaaimantaks geldt dus niet voor de vennootschapsbelasting of de belasting der niet-inwoners.
Volg aternio op LinkedIn voor meer finance, tax & legal nieuws.